Wie

Piet François

Grimeur


Iedere gelegenheid om te grimeren is bijna onweerstaanbaar of het nu gaat om grote karakterrollen of figuranten in het toneel, bordjesdragers of sprekende rollen in stoeten, van kinderen op straat of jongeren in de jeugdbeweging tot het initiëren van starters of het begeleiden van gevorderde kandidaat-grimeurs. Bij elke creatie ontstaat er tussen de grimeur en de acteur, het model of kind een korte innige relatie. Op dat ogenblik heeft iedereen die zich laat schminken, zonder onderscheid naar geslacht, huidskleur, mogelijkheden of herkomst, evenveel recht op de inspanning van de grimeur om de beleving van dat moment op haar of zijn gezicht te laten kristalliseren.


Van kindsbeen af, met of zonder goesting, kreeg Piet de “Steenbrugse toneelpap” ingelepeld. Vader Roger was één van de grote naoorlogse pioniers van Kunst Adelt, als speler, regisseur, bestuurslid en vanaf 1956 tot 1993 als grimeur. Het is niet verwonderlijk dat hij al in zijn tienertijd meewerkte aan de producties van Kunst Adelt Steenbrugge.


Toen zijn nonkel Noël Verpoort het te moeilijk vond om èn de belichting èn de grime te verzorgen is Piet in 1970 spontaan ingegaan op de eenvoudige uitnodiging hem als huisgrimeur te helpen en op te volgen. Het was immers een unieke gelegenheid om deel te worden van de magische wereld van het theater. Vanaf 1972 zal hij samen met zijn vader Roger de grime verzorgen tot hij in 1993 definitief leider van de grimeploeg werd.


Aanvankelijk was het een uitdaging om de techniek te leren beheersen. Met cursussen en korte opleidingen her en der bij ervaren beroepsgrimeurs als Guido Bernaert, Carlos Detremmerie en Jacques Matthys zette hij verdere stappen in de grimeerkunst.

De toenmalige vetschmink, in staafjes verpakt, werd met de vingers aangebracht. Het gebruik van sponsen en penselen was een grote omwenteling. Het schminken is nauw verwant met schilderen maar dan met andere materialen op een levend canvas. Zoals in het portretschilderen wordt gespeeld met oplichten en beschaduwen. Het gaat vaak om het verouderen van de acteur zoals in de betekenis van het Franse woord “grimer”. Meestal wil men er zo natuurlijk mogelijk uitzien of soms een beetje jonger. Het geeft een heerlijk gevoel als de acteur zich laat opmaken voor zijn rol en met voldoening haar of zijn grimassen voor de spiegel uitprobeert.


Met de ervaring van de sprekende dierenmaskers op vraag van de toenmalige huisregisseur Oswald Maes voor de toneelproductie van 'Reinaert de Vos' openden zich nieuwe mogelijkheden om de verbeelding vorm te geven. Kunst Adelt mocht in 1977 met dit schouwspel meedingen naar het Koninklijk Landjuweel. : Enkele jaren later werd Kunst Adelt de eerste Brugse laureaat van het Koninklijk landjuweel met 'Het Belang van Ernst'. In 1984 werd 'Reinhaert de Vos' hernomen door een keurploeg van West-Vlaamse amateurspelers voor de culturele uitwisseling van de provincie West-Vlaanderen met Westfalen, Oost-Vlaanderen en Zeeland.


De Vrijetijdsbeurs te Kortrijk in 1986 van de Bond van Grote en Jonge Gezinnen-Gewest Brugge gaf een duwtje om het pretpark van de kindergrime binnen te treden. Het onmetelijke bonte kleurenpalet van de vetschmink werd gewisseld voor de waterschmink en lonkte de grimeur onweerstaanbaar om te pionieren met kindergrime. Samen met enkele andere grimeliefhebbers vormde Piet in die tijd jarenlang een schminkteam onder de naam KATHAKALI.


Bij de 60/40 viering van Koning Boudewijn op 4 mei 1991 kwamen de koning en de koningin hem begroeten in zijn grimestand en betuigden beider hun interesse met de vraag: “En met wat gaat dat af?”.


Het Algemeen West-Vlaams Toneelverbond, nu Opendoek vzw, de Vlaamse koepel voor amateurtoneel, nodigde hem in 1993 uit als lesgever voor grime cursussen hetzij voor starters hetzij voor gevorderden. Bovendien kunnen alle toneelkringen op hem een beroep doen voor een begeleiding of grimecursus op maat.


Sinds geruime tijd werkt hij ook voor pruikenhuis Matthys voor de grime en organisatie van stoetengrime van verscheidene stoeten (de Katuit en het Ros Beiaard Dendermonde, de Ommeganck in Brussel, Bloemenstoet Koksijde, Breughelstoet Wingene ...).

Ook op de opendeurdagen en personeelsfeesten van bedrijven (Grandorama, DAF, ICI Paris XL), missiekermissen, braderieën (Brugge, Oostende...), carnaval en Halloween (Oostende, Izegem), wijk- en schoolfeesten in Vlaanderen tot zelfs in Rijsel vinden we Piet terug in de schminktent.


Deze laatste relatie ontstond ter gelegenheid van de kandidatuur van Lille als gaststad voor de Olympische spelen van 2004. Talrijke enthousiastelingen op de overvolle Grand Place op 23 maart 1998 lieten zich schminken met het campagne logo. Toen de menigte om 13h35 op het scherm vernam dat Lille uit de running lag werd de grime aangepast aan de verslagenheid. Een wenende pierrot sierde nadien de billboards in de stad en prijkte op de voorpagina van de stadskrant.


Terwijl de vraag naar theatergrime stagneert, stijgt het aanbod van opleidingen voor fantasiegrime. Onder invloed van dit succes vestigde Piet zich in 2008 als zelfstandig grimeur onder de bedrijfsnaam Fra Pi Grime.


De opleiding van Grimas in Hair Club te Brussel bracht hem een stap dichter bij het werken met compactpoeders. De laatste jaren brengt de crèmeschmink van Mikim Art FX Sint-Niklaas, waarvoor hij ook de opleidingen volgde en meehielp aan de Bloemencorso in Blankenberge, een nieuw elan aan de kinder- en fantasiegrime. De recente workshops van Kryolan over speciale effecten en air brush leidden hem naar nieuwe materialen en technieken.


Binnen Opendoek vzw geeft hij cursus voor starters en gevorderden naast begeleiding van lokale groepen (voorbereiding op de Heksenstoet in Beselare, Nocturnes in Ieper, de Baekelandwandeling in Ichtegem...) en grimeert ook school- en jeugdtoneelvoorstellingen. 

Hij verzorgde ook workshops fantasiegrime en kindergrime binnen de opleidingen van jeugdleiders zoals van KAZOU en SPORTIEK.